Van de bergen die we straks oprijden, weet ik nauwelijks meer dan dat ze in de zuidelijke Alpen liggen, rond het immer zonnige Barcelonnette. Op de Pra Loup (1630m – 9,5 km a 5,3%) zong Eddy Merckx zijn zwanenzang in de Tour van ’75. De laatste keer in het geel, gekraakt door Thevenet. De Col de la Cayolle (2326 m) is bijna 30 km lang, gelukkig aan 4% gemiddeld, maar toch. Al 33 keer trok de Tourkaravaan over de Col d’ Allos (2247 m) een klim van 20 kilometer waarvan de laatste tien aan 7%. De Col de Vars (2108) wordt een lastige klant met in de laatste vijf kilometer lange stroken van 10% en meer. Van Super Sauze (1705m) en de Montee de Sainte-Anne (1840) heb ik nog nooit gehoord. We houden dat voorlopig zo.
Van de bergen die we straks oprijden, is de Bonette de hoogste (2802 m.) Hoger kan je met een koersfiets niet geraken in Europa, of je zou hem op een ezel moeten binden en de rotsen opklauteren. Dat wordt een machtige rit. 1600 meter stijgen over dik 30 km. Bij open weer zal het uitzicht over berg en dal vast even hard ‘de adem benemen’ als de weg omhoog.
Van de bergen die we straks oprijden, gaat een belofte van schoonheid uit en van sportieve uitdaging. Zo op een rijtje boezemen ze ontzag in, die zeven Alpen. Toen Koen de Tour of Hope deze winter voorstelde, was er weinig overreding nodig om me mee te tronen. Maar mijn overtuigd OK, heeft diepere gronden dan de prachtige valleien langs de cols…
Vandenberghe heeft mij mee over de streep getrokken. Guido, scoutskameraad van vele jaren, gaat straks meefietsen. Niet op de fiets, maar wel in gedachten. Een col oprijden was voor hem al te hoog gegrepen toen hij halfweg de dertig was, en dokters een tumor uit zijn hersenen moesten peuteren. Dat is toen min of meer gelukt. Helemaal gelukt ware beter geweest. Dat maakt een wereld van verschil in een mensenleven. En hoe meer vooruitgang de kankergeneeskracht boekt, hoe dichter die wens dichterbij zal komen. Zoals de top tijdens een hele lange klim.
Guido rijdt straks trouwens niet solo. Isabel, Gerda, meneer De Roland, Adelheid, Hein, Norbert, Rita, John, Frans, Roos, Greet … en ik vergeet er nog een paar, zullen af en toe geruisloos een eindje meerijden. Familie, vrienden en kennissen die onderweg kanker zijn tegengekomen, zoals een klimmer de gevreesde man met de hamer. Gelukkig fietsen de meesten opnieuw rond, sommigen zelfs tot op de Stelvio.
Ik ben er zeker van dat veel deelnemers zo’n onzichtbare gruppetto meebrengen. Straks staat een heel peloton aan de start van de Tour of Hope, met goesting om het gevecht met de cols en kanker aan te gaan.